[Samer Hussein] De clash of nonsense: Hoe Huntingtons samenzweringstheorie academische literatuur werd

huntDe stelling van Samuel P. Huntington zoals uiteengezet in het populaire boek The clash of civilizations and the remaking of world order, was één van de voornaamste stellingen om academische en intellectuele dekking en rechtvaardiging te verschaffen voor de oorlog in het MENA-gebied en Centraal-Azië.

The clash of civilizations verscheen eerst in de VS en daarna in universiteiten over de hele wereld, en werd een de facto verplicht deel van het leerprogramma. In dit boek, dat voortvloeide uit enerzijds een uitgebreide lezing die voor het eerst geven werd in 1992, en anderzijds een artikel in Foreign Affairs dat een jaar later gepubliceerd werd, probeert Huntington de lezer te vertellen dat er verschillende beschavingen bestaan in de moderne wereld en dat botsingen tussen hen onvermijdelijk zijn omdat de wereld in deze tijd kleiner wordt, terwijl de behoeften van deze beschavingen, waarvan vele met elkaar onverenigbaar zijn, groter worden.

Huntington ziet het enige passende alternatief voor het tijdperk na de Koude Oorlog in de massale aanvaarding van het liberalisme en het kapitalisme. Het is daarom niet te verwonderen dat zijn controversiële theorieën zo uitgebreid gepromoot worden in academische kringen in vele landen, in het bijzonder in deze die gekend staan als de “schoothonden van de NAVO”.

Wanneer men deze stelling deconstrueert, rest een volmaakt instrument om de geostrategische en economische belangen van de NAVO en neoconservatieve machten na te jagen, en ze deed ook dienst als dusdanig in het kielzog van de gebeurtenissen van 9/11 en de Amerikaanse invasie van Irak. Het legitimeerde hun handelingen en vervormde ook opzettelijk de sociale en geopolitieke werkelijkheid door middel van een reeks controversiële beweringen die sindsdien wereldwijd in academische kringen als achterhaald beschouwd worden.

Volgens Huntington bestaan er 10 verschillende beschavingen in de wereld vandaag, maar de grenzen die hij trekt zijn uitsluitend gebaseerd op religie, wat dus schijnbaar de cruciale factor is die beschavingen van elkaar onderscheidt. Zulke theorieën zijn natuurlijk koren op de molen van de globale elite doordat ze haar geopolitieke en ideologische concepten legitimeert. Ze zijn ook een zegen voor de geopolitieke spelers wiens activiteit erop gericht is, bepaalde delen van het geopolitieke spectrum te vernietigen die nog niet onder invloed staan van de westerse elites.

Huntingtons stelling kwam inderdaad als een zegen voor degenen die verantwoordelijk zijn voor de verdeling van het voormalige Joegoslavië. Als we Huntingons concept in acht nemen, zien we dat Joegoslavië in feite toebehoorde aan drie zeer verschillende beschavingen (een westerse, een orthodoxe en een islamitische). Gezien de verschillen tussen de beschavingen zoals gedefinieerd door Huntington, was de verdeling van Joegoslavië onvermijdelijk. Het is waarschijnlijk geen toeval dat Huntingtons stelling het eerste daglicht zag in 1992, een zeer controversiële tijd voor de Balkan en de lopende oorlog.

In tegenstelling tot het gebruikelijke narratief kwam dit niet van binnen Joegoslavië zelf door etnische, religieuze en demografische verschillen (zoals ook blijkt uit het feit dat verschillende groepen tientallen jaren lang met elkaar samen geleefd hadden), maar eerder door toedoen van de atlanticisten, die enkele jaren voordien gepland hadden één van de sterkste en meest onafhankelijke staten van Europa, die Zuidoost-Europa behoedde voor de sociopolitieke en economische invloed van de atlanticisten, te ontbinden.

De propagandistische aard van Huntingons stelling kan hand in hand gaan met het globale narratief en de economische belangen van de atlanticisten, maar het heeft weinig te maken met de geopolitieke werkelijkheid. Het is echter goed genoeg om het publiek te misleiden, aangezien het werk zelf, ondanks zijn klaarblijkelijke doel, geschreven is met academische vaardigheid en oog voor detail.

Men met geen geopolitiek expert zijn om de valsheid te erkennen van Huntingtons stelling en zijn voorspelling van de onvermijdelijk op de hand zijnde botsing tussen de westerse en de islamitische wereld. Slechts een blik op de Amerikaanse invasie van Irak in 2003 volstaat om uit te leggen waarom Huntingtons concept van botsende beschavingen ongeloofwaardig is.

Als er inderdaad een botsing zou zijn tussen de westerse en de islamitische beschaving, zoals Huntington ons wil laten geloven, waarom namen de Arabische Golfstaten dan aan Amerikaanse zijde deel aan de invasie van Irak? Dit en vele andere voorbeelden, zoals de steun van de Iraanse sjiitische moslims voor de Armeense orthodoxe christenen tegen de Azeri sjiitische moslims tijdens de oorlog in Nagorno-Karabach, of de Syrische steun voor Joegoslavië tijdens de Balkanoorlogen, bewijzen hoezeer verkeerd, manipulatief en ver van de werkelijkheid Huntingtons theorieën zijn.

De gebeurtenissen van 9/11 en hun voorstelling in de reguliere media hebben inderdaad vruchtbare grond geboden voor de groei van Huntingtons dubieuze werk. De gevestigde orde heeft echter, ondanks haar pogingen om het boek op te dringen in zoveel mogelijk onderwijsinstellingen als maar mogelijk, kennelijk het feit onderschat dat een groot aantal mensen in academische kringen Huntingtons beweringen weerlegden. Bovendien hielden ze geen rekening met de kracht van massacommunicatie, en met name het internet, dat een grote hulp geweest is in het weerleggen niet alleen van de mythologische wereld van Huntingtons geopolitieke realiteit, maar ook van het gebruikelijke narratief van de wereld na 9/11 in het algemeen.

Wat ook vreemd is aan Huntington is dat hij expliciet waarschuwde voor het zogenaamde gevaar dat de moslimwereld vormt voor het westen en zelfs de islam en zijn waarden als een bedreiging zag voor het westen, zijn waarden en zijn zgn. way of life. Tegelijkertijd stond Huntington ervoor bekend, een voorstander te zijn van de Grijze Wolven, een Turkse ultranationalistische groep met een ideologie die bestaat uit gewelddadig en expansionistisch anti-westers islamisme gekoppeld met extreem Turks nationalisme.

De banden van de groep met de westerse inlichtingendiensten, die niet zwakker zijn at die van Huntington zelf, werpen een licht op zijn exacte geopolitieke positie, en die bestaat er natuurlijk in, al het nodige te doen om de doelstellingen van het destructieve neoconservatieve kapitalisme te verwezenlijken, zelfs tegen de prijs van allianties met wat vroeger als de duivel gezien werd.

Het zal daarom niet verbazen dat Huntington tijdens zijn carrière Saudi Arabië nooit als een vijand gezien heeft, ondanks dat dit land de peetvader is van 99% van alle terrorisme-gerelateerde feiten, en dat het een groot gevaar vormt niet alleen voor het Westen, maar voor de hele wereld.

Huntingtons beweringen over de veronderstelde botsing tussen het Westen en de islam zijn zogenaamd gebaseerd op de historische verhoudingen tussen de twee beschavingen, die vijandig zouden zijn omwille van religieuze rivaliteit. Is dit in een historische context echter juist?

Het is duidelijk dat het zogenaamd christelijke Westen veel vaker de kant gekozen heeft van de zogenaamde moslimwereld tegen de zogenaamde orthodoxe wereld dan tegen de zogenaamde moslimwereld zelf. De val van Constantinopel is één van de vele voorbeelden hiervan.

Laten we ook denken enkele meer recente conflicten, zoals de Balkanoorlogen, de oorlog in Afghanistan in 1980, de Tsjetsjeense oorlog of de oorlog in Nagorno-Karabach, waar het zogenaamd christelijke Westen de islamitische kant koos tegen de (grotendeels) orthodoxe.

Hoewel sommigen zouden pleiten dat zulke gebeurtenissen een gevolg zijn van een rivaliteit tussen het westerse en het oosterse christendom, die het Westen er uiteindelijk toe dwingt, terug te grijpen naar de leer van “een vijand van mijn vijand is mijn vriend”, zijn de motieven desalniettemin van puur economische en geostrategische aard.

Hoewel de theorie van de botsende beschavingen legitiem lijkt door de academische achtergrond van haar auteur, is ze in werkelijkheid slechts een gecamoufleerde oorlogstrom die het oorlogszuchtige neoconservatieve establishment maar al te graag hoort weerklinken bij zijn destructieve expansies.

Bron: Samer Hussein, “The clash of nonsense: How Huntington’s conspiracy theory became academic literature” voor Fort Russ (http://www.fort-russ.com/), Nederlandse vertaling door de Chinese Vrijwilliger

Plaats een reactie